Niet ver van het Chemelot-terrein ligt de Port of Chemelot in Stein. Via deze haven wordt elk jaar zo’n vijf miljoen ton grondstoffen aan- en afgevoerd. En omdat Chemelot het doel heeft om uiterlijk in 2050 de eerste circulaire chemie- en materialensite van Europa te worden, zal dat aantal groeien. Wessem Port Services is het bedrijf dat zorgt voor alle logistiek in de haven. Directeur Bob Joosten legt uit hoe belangrijk de haven is voor de verduurzaming van het chemisch industrieterrein.
Op Chemelot worden grondstoffen en materialen gemaakt voor verschillende toepassingen. Eén van de producten is kunstmest, dat in de vorm van korrels met vrachtwagens naar de haven van Stein wordt getransporteerd. Bob: “Hier in de haven laden we de korrels in schepen die ze naar hun bestemming vervoeren. Andersom komen in onze haven ook schepen binnen met grondstoffen die de fabrieken op Chemelot nodig hebben voor hun productie. Die gaan van hieruit zoveel mogelijk via pijpleidingen naar het Chemelot-terrein.”
Vast, vloeibaar, gas
Goed om te weten is dat de haven van Stein bestaat uit drie soorten havens. In de ‘gashaven’ vindt de verlading van bijvoorbeeld propeengas en ammoniak plaats. Deze gassen komen via schepen binnen en gaan via leidingen naar de fabrieken op Chemelot. Medewerkers van OCI Nitrogen en SABIC zorgen ervoor dat alles goed en veilig verloopt.
Dan is er nog een haven voor droge bulk: dit zijn vaste stoffen zoals kunstmest. Maar bijvoorbeeld ook kalk die als basis voor kunstmest wordt gebruikt. Alle bulkgoederen worden in vrachtwagens geladen en over de weg van en naar Chemelot gereden. Medewerkers van Wessem Port Services regelen alles in deze haven.
Dan is er nog een ‘vloeistofhaven’ voor koolwaterstoffen. Deze komen vrij bij het kraken van nafta in de naftakrakers op Chemelot. De koolwaterstoffen worden via leidingen van de fabrieken naar de haven gebracht. Specialisten van SABIC zorgen voor een veilige bedrijfsvoering in de vloeistofhaven.
Overslag
“Bijna de helft van alle vracht in onze haven is droge bulk”, legt Bob Joosten uit. “Vaste stoffen kun je niet door een pijpleiding laten gaan, maar moet je vervoeren met vrachtwagens. Toch zie je hier nooit files staan. Dat komt omdat we in onze haven die bulk tijdelijk opslaan. We hebben hiervoor in totaal tienduizend vierkante meter overdekte opslag. Daardoor kunnen we heel geleidelijk met vrachtwagens de hoeveelheden aanleveren die de fabrieken nodig hebben. Zo voorkom je dat je niet in één keer met te veel vrachtwagens op de weg zit en er overlast ontstaat.”
Zeehavens
De meeste lading van de schepen die in de haven van Stein binnenkomen, komt uit zeehavens zoals Rotterdam, Antwerpen, Vlissingen, Terneuzen en Gent. “En ook volle schepen die uit onze haven weer vertrekken gaan vaak richting zeehavens”, gaat Bob verder. “In het Rotterdamse Botlekgebied is heel veel opslagruimte voor vloeistoffen. Alle zeehavens hebben ook grote opslagloodsen waar je bijvoorbeeld kunstmest tijdelijk kunt opslaan. Ligt er genoeg om een zeeschip mee vol te laden? Dan wordt de kunstmest van daaruit verder vervoerd naar andere landen.”
Circulaire transitie
Chemelot verwacht in de toekomst vooral een groei in droge bulk. Dat komt door de circulaire transitie die in volle gang is. Bob Joosten: “Kunststofproducten die we na gebruik nu nog weggooien en verbranden, gaan we hergebruiken in de chemische processen. Voor dat recyclen moet je herbruikbare grondstoffen aanvoeren. Dat doe je het liefst over het water omdat dat duurzaam, stil, veilig en heel goed te plannen is.”
Duurzame weg
Een logisch gevolg van die groei in droge bulk is, dat je meer over de weg moet vervoeren. Bob: “Dat willen we doen op een manier die zo min mogelijk gevolgen heeft voor omwonenden en het milieu. Het idee is om dit via een interne verbinding te doen tussen onze haven en Chemelot. Over een speciale duurzame weg die langs de bestaande spoorlijn en de pijpleidingen loopt. En waarover uitsluitend elektrische vrachtwagens moeten gaan rijden. Dit project heet de ‘multimodale corridor’. Het zal zorgen voor minder geluidsoverlast, minder CO₂-uitstoot en minder verkeer op de openbare weg. Diverse varianten voor deze duurzame weg worden nu onderzocht.”
Veilige haven
De haven van Stein is onderdeel van Chemelot. Het terrein valt onder de Chemelot-vergunning. Dat betekent dat er heel goed wordt gekeken naar veiligheid. Bob: “Wat veiligheid betreft, draaien wij volledig mee in het systeem van Chemelot. We zijn aangesloten op het centrale alarmeringssysteem. Ook doen wij mee met de oefeningen en trainingen van de bedrijfsbrandweer.”
Bob kan niet namens de andere havengebruikers spreken, maar weet dat het ook bij zijn buren goed zit met de veiligheid. Bob: “Ik heb natuurlijk ook een verantwoordelijkheid naar mijn personeel toe. Zij moeten in een veilige omgeving hun werk kunnen doen. Een aantal jaar geleden hebben we daarom een veiligheidsstudie uitgevoerd. We liggen met onze haven voor droge bulk ingeklemd tussen de gashaven en vloeistoffenhaven. De resultaten van die studie gaven ons een geruststellend gevoel. Er worden veel veiligheidsmaatregelen genomen en moderne technieken ingezet om mogelijke risico’s te voorkomen.”
Julianakanaal sluiten betekent ramp
Aan het einde van het gesprek gaat Bob in op de sluiting van het Julianakanaal vanaf oktober. Het illustreert hoe belangrijk de haven van Stein voor Chemelot is. Voor wie het heeft gemist: over een stuk van 4 kilometer moet de bodem van het Julianakanaal dieper worden gemaakt. Een ingrijpend project van Rijkswaterstaat dat is uitgegroeid tot een hoofdpijndossier voor Chemelot, Wessem Port Services en heel veel andere bedrijven.
Bob: “Een eerste poging in februari 2023, waarbij het kanaal deels bevaarbaar bleef, is mislukt. Voor de tweede poging gaat het Julianakanaal zes tot acht maanden helemaal dicht. Om in onze haven te komen, moet je dan via Antwerpen omvaren. Dat kost je twee dagen extra. Gebeurt er op die omvaarroute iets onverwachts? Dan ontstaan er op Chemelot grote problemen. Sommige fabrieken kunnen maximaal drie tot vier dagen zonder nieuwe aanvoer van grondstoffen. Dat zou een ramp zijn, het kost de Chemelot-bedrijven miljoenen euro’s per dag. Minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat lijkt voet bij stuk te houden, terwijl de uitvoer technisch gezien ook kan terwijl het kanaal voor de helft bevaarbaar blijft. Maar we blijven de komende tijd druk op hem uitoefenen.”
De minister heeft toegezegd te onderzoeken of dit project maanden korter kan door mensen in continudienst te laten werken. Chemelot ziet dat vergelijkbare werkzaamheden ook uitgevoerd kunnen worden terwijl de waterweg deels open blijft. Rijkswaterstaat maakt een andere keuze.
Dit artikel is geschreven voor de campagne Samen veilig rondom Chemelot, waarin Chemelot samenwerkt met Veiligheidsregio Zuid-Limburg en de gemeenten Sittard-Geleen, Stein en Beek.