De afgelopen tijd heeft de Rechtbank Limburg zich gebogen over het beroep dat was aangespannen vanwege een aantal onwerkbare voorschriften in de lozingsvergunning van het Waterschap Limburg.
Het Waterschap heeft in de vergunning geëist dat twee fabrieken op Chemelot vanaf 1 januari 2026 volledig stoppen met het gebruik van koelwaterchemicaliën. Op dit moment is echter nog niet duidelijk of er geschikte technieken beschikbaar zijn om aan deze eis te voldoen. Rechtbank Limburg heeft in haar uitspraak erkend dat deze eis onwerkbaar is en heeft besloten deze uit de vergunning te schrappen. De verplichting om onderzoek te doen naar de mogelijkheden om het gebruik van koelwaterchemicaliën te verminderen, blijft echter bestaan.
Daarnaast heeft de rechtbank uitspraak gedaan over de regels ten aanzien van bijzondere lozingen bij voorzienbare bedrijfsomstandigheden, zoals het uit bedrijf nemen en spoelen van een fabriek voor groot onderhoud. Hiervoor eiste het Waterschap Limburg dat al deze lozingen beoordeeld en goedgekeurd moeten worden alvorens deze lozingen plaats mogen vinden. De rechtbank heeft bepaald dat Waterschap Limburg dit niet mag voorschrijven in een vergunning. De lozingen van Chemelot blijven ook in de toekomst op dezelfde manier en volgens de bestaande kaders beoordeeld blijven.
De lozing van Chemelot op de Maas is in de afgelopen jaren door het Waterschap Limburg steeds strenger genormeerd en gereguleerd. De lozingsnormen zijn niet alleen aangescherpt, er zijn ook diverse onderzoeks- en reductieverplichtingen aan Chemelot opgelegd. De vergunning loopt daarmee voorop, in Nederland en daarbuiten. Chemelot neemt haar verplichtingen uit de vergunning zeer serieus en monitort continu de kwaliteit van de lozing en de aanvaardbaarheid.
Deze uitspraak is belangrijk voor Chemelot, omdat Chemelot afhankelijk is van water voor het functioneren van de fabrieken op de site. Zo wordt water – in de vorm van stoom – gebruikt om processen te verwarmen en zorgt het voor koeling door warmte af te voeren. Daarnaast wordt water gebruikt als oplosmiddel en transportmiddel. Na gebruik wordt het water gezuiverd in de integrale afvalwaterzuiveringsinstallatie (IAZI). De IAZI is een biologische afvalwaterzuivering die stoffen in het afvalwater afbreekt en er stoffen uithaalt, waarna het gezuiverde water geloosd wordt in de zijtak van de Ur. Doordat de micro-organismen in de IAZI zich aanpassen aan de stoffen van de Chemelot site, heeft de IAZI hoge zuiveringsrendementen op veel componenten.
Chemelot heeft hoge doelstellingen en wil in 2050 circulair zijn. Daar past het werken aan optimalisatieprojecten in samenwerking met de bedrijven op Chemelot en aan studies in samenwerking met kennisinstellingen goed in. We blijven kijken naar de toekomst, naar mogelijkheden tot reductie van water- en chemicaliënverbruik als naar verdere verbetering van de afvalwaterzuivering. Daarnaast kijken we niet alleen naar optimalisatie van verwijdering van afvalstoffen uit het water, maar ook naar ‘emissievrij ontwerp’ van nieuwe installaties en het verbeteren bij bestaande installaties. Dit alles om uiteindelijk zo weinig mogelijk conditioneringsmiddelen te hoeven gebruiken en Chemelot zo milieuvriendelijk mogelijk te maken.